Protocol voor het sturen van het verdeelstation URBAN ASR.
Standaard mogelijkheden tijdens het genereren van het machine bestand:
- hernoemen voorgestelde bestandsnaam
- afdelingfilter voor kaders
- afdelngsfilter voor profielen
- beperkingen t.g.v. machine afmetingen
- sortering van kaders
- normaal
- eerst kaders
- eerst vleugels
- overrule van runtag
- script voor definiëren verdelingsregels kaders
- manueel starten script
- extern selectie bestand
Door gebruik te maken van onderstaande parameters in het script voor definiëren verdelingsregel kan men beslissen naar welke lijn (geindentificeerd d.m.v. een lijnnummer) een bepaalde kader gestuurd moet worden:
- afmetingen van de kader
- profielen waaruit kader is opgebouwd
- aanwezig zijn van stijlen en/of regels
- kademodel- of vleugelmodel
- raam klasse
Het standaard lijn nummer voor een kader is ‘0’. Dit kan aangepast worden d.m.v. een script waarin momenteel volgende parameters beschikbaar zijn :
LINECODE (lijn nummer, standaard = 000)
BATCHCNT1 (volgnummer profiel 1, standaard = links)
BATCHREF1 (volgnummer kader profiel 1)
BATCHCNT2 (volgnummer profiel 2, standaard = rechts)
BATCHREF2 (volgnummer kader profiel 2)
BATCHCNT3 (volgnummer profiel 3, standaard = onder)
BATCHREF3 (volgnummer kader profiel 3)
BATCHCNT4 (volgnummer profiel 4, standaard = boven)
BATCHREF4 (volgnummer kader profiel 4)
_RUNTAG (runtag hexadecimaal)
_RUNTAGD (runtag decimaal)
Er is eveneens een PIECE object voorzien die de eigenschappen beschrijft van een specifieke kader:
PIECE.ID (kader of vleugel)
PIECE.WIDTH (breedte kader)
PIECE.HEIGHT (hoogte kader)
PIECE.WEIGHT (gewicht kader)
PIECE.SURFACE (oppervlakte kader)
PIECE.ROTATED (kader geroteerd)
PIECE.SYSTEM (kader reeks)
PIECE.CODE (kader code)
PIECE.KIND (raam klasse)
PIECE.DEPNO (kader afdeling)
PIECE.SEQNO (kader volgnummer)
PIECE.ISFRAME (kadermodel)
PIECE.ISVENT (vleugelmodel)
PIECE.ISDEVIDED (bevat stijlen/regels)
PIECE.PROFILES (profiellijst kader)
Opmerking: beïnvloed Lengteaanslag sturing TigerStop 68L
Er wordt automatisch een tweede bestand aangemaakt met de zelfde bestandsnaam maar met extensie de decimale runtag (6 cijfers). Dit bestand bevat de lijnnummer informatie van de verschillende kaders nodig voor de TigerStop sturing.
|
Uitbreiding protocol URBAN ASR (3.11 P2/P3)
Standaard formaat voor het sturen van een verdeelstation URBAN ASR. Hiervoor zijn er 2 instellingen toegevoegd:
-
- Barcode: script voor het samenstellen van de barcode
- Formaat versie: keuze tussen ‘Standaard’ en ‘Speciaal’ formaat
De barcode in het standaard formaat (kadernummer 4 cijfers + runtag decimaal 6 cijfers) kan eveneens gewijzigd worden d.m.v. scripting, hiervoor zijn volgende parameters ter beschikking
BATCH (batch nummer)
JOB (project nummer)
ASSEMBLY (project raam nummer)
FRAMEID (kader nummer binnen batch)
VENTID (vleugel nummerbinnen kader)
FRAMENO (kader of vleugel batchnummer)
FRAMECNT (kader nummer)
BATCHCNT1 (volgnummer profiel 1, standaard = links)
BATCHREF1 (volgnummer kader profiel 1)
BATCHCNT2 (volgnummer profiel 2, standaard = rechts)
BATCHREF2 (volgnummer kader profiel 2)
BATCHCNT3 (volgnummer profiel 3, standaard = onder)
BATCHREF3 (volgnummer kader profiel 3)
BATCHCNT4 (volgnummer profiel 4, standaard = boven)
BATCHREF4 (volgnummer kader profiel 4)
_RUNTAG (runtag override)
_RUNTAGD (runtag decimaal)
BARCODE (barcode)
De barcode in het speciaal formaat bestaat stndaard uit volgende informatie:
eerste 6 cijfers project nummer
cijfers 7 tot 9 project raam nummer
cijfers 10 en 11 kader of vleugel nummer
cijfers 12 en 14 kader of vleugel batchnummer
Een voorbeeld script om dit te verwezenljken ziet er als volgt uit:
Param.Value['BARCODE'] := StrRight('000000' + Param.Value['JOB'], 6)
+ StrRight('000' + Param.Value['ASSEMBLY'], 3)
+ StrRight('00' + Param.Value['VENTID'], 2)
+ StrRight('00' + Param.Value['FRAMENO'], 3);