Kies in het Menu Bestand 'Batch opladen'.

Wanneer men de batch rekent wordt de reeds bestaande batchcode gebruikt. Indien men de eerste maal een aantal projecten in batch rekent kan men een nieuwe batchcode genereren d.m.v. de knop ‘Automatisch coderen’.

Deze knop is alleen bruikbaar indien men in de JoPPS adminstrator een ‘Batch masker’ heeft ingevuld. Per databank kan een ‘Batch teller’ en ‘Batch masker’ gedefiniierd worden voor de batch benaming (dit principe is analoog aan de project benaming). Er is eveneens een extra parameter %JBCNT% welke de volgende te gebruiker batch nummer aangeeft:

De optie ‘Batch bewaren’ is pas actief indien men gerekend heeft. Standaard wordt als naam voor het ‘JoPPS Batch’ bestand de batch code voorgesteld:

Via het Menu - Bestand - Projectbeheer is te zien tot welke batch(es) een project behoort en men kan sorteren op de Batch kolom:

Wanneer een project werd gerekend in een batch wordt dit bijgehouden in het project zelf. Dit kan één specifieke of verschillende batches zijn. Er wordt dus een lijst van batch codes getoond op de tab Project - Info waarin het desbetreffende project is gebruikt:

Verder verschijnt de huidige batch naam ook in de hint boven de tab’s voor de project selectie.

Via script is het mogelijk om deze informatie op te vragen en eventueel te wijzigen: