Algemene principes

De doorsnedegeneratie vertrekt van de snijlijn die u op de grafische schets aanduidt. Bij het doorsnijden van de constructie komt de routine achtereenvolgens verschillende elementen tegen (profielen, rubber, borstels…)  De routine gaat deze elementen plaatsen in de volgorde zoals ze in JoPPS geplaatst zijn.

Elk van deze elementen bezit binnen JoPPS:

Een linknummer.

Deze doet dienst als referentie naar een linkpunt van een ander element. Dit linknummer wordt bij de tab 'Schets Detail' in de tabel Profiel.Parameters ingevuld voor het desbetreffende element:

Een DXF tekening met:

• een oorsprong, deze dxf wordt op deze oorsprong gekoppeld aan het overeenkomstig linkpunt van een ander element.
• de linkpunten maken de koppeling met de linknummers van de andere elementen.
• de linkpunten worden binnen de DXF bepaald via een “Attribute” met de volgende 3 parameters:
  1. Tag. de overeenkomstige functiewaarde of de LinkNr van het te koppelen element
  2. Prompt. wordt niet gebruikt, altijd op 0 zetten
  3. Default. wordt gebruikt om de elementen te draaien of te spiegelen.
     

De routine gaat elk bijkomend element met zijn oorsprong plaatsen op het linkpunt met de overeenkomstige functiewaarde. Indien op het vorige element geen overeenkomstig Linkpunt voorhanden is gaat de routine een element vroeger kijken todat hij een geschikt linkpunt vindt. Hierbij kan op elk linkpunt maximaal 1 nieuw element komen: een linkpunt dat reeds genomen is komt niet meer in aanmerking.

Voorbeeld:

In dit voorbeeld worden de volgende profielen aan elkaar gekoppeld:

Kaderprofiel 1

• Linknummer 1
• Linkpunt 20 voor de vleugelpositie

Vleugelprofiel V1

• Linknummer 20
• Link punt 100 voor het glas.

Glas G1

• Linknummer 100

Bij de doorsnede van links naar rechts gebeurt het volgende:

• De routine verzamelt alle elementen die zich aan de linkerzijde bevinden.
• Onder deze elementen wordt er gezocht naar het start-element, het element met linknummer 1, waarbij het kaderprofiel K1 wordt gevonden.
• Voor K1 worden alle linkpunten afgelopen om te zoeken of er een ander element met een overeenkomstig linknummer bestaat binnen deze doorsnede en daarbij wordt V1  gevonden en met zijn oorsprong op dit linkpunt geplaatst.
• Daarna worden ook de linkpunten van V1 onderzocht, waardoor het glas en de glaslat aan het vleugelprofiel gekoppeld wordt.
  

• hier is geen startprofiel nodig met linknummer 1
• de doorsnedegenerator kan bij dubbele vleugels de profielen goed aan elkaar koppelen
• Let op: de doorsnede start op een nulpunt van het eerste vleugelprofiel, daardoor liggen de glasdoorsnedes niet meer recht over elkaar.
  

Om dit te corrigeren zou men bij het eerste vleugelprofiel een linknummer 11xx of 12xx (xx staat voor de maat van  verschuiving) moeten in het model plaatsen om ervoor te zorgen dat de ze doorsnede verschuift. Dit zou dan moeten gebeuren bij elke vleugel van elk model.

Als we het nulpunt van de vleugel op de plaats legt waar de doorsnedenlijn zal komen, dan valt deze doorsnede vanzelf op de goede plaats:

Resultaat:

Het glas komt dan vanzelf op dezelfde lijn te liggen.

Spiegelen en roteren

Bij het plaatsen van de elementen gaat de routine, afhankelijk van de oriëntatie van de doorsnede (Links, Rechts, Onder, Boven) en van een extra spiegel parameter (de “Default” waarde) op het Linkpunt, het te plaatsen element spiegelen rond X en/of Y-as (default:)

• 0 - Er wordt niets gespiegeld.
• 1 - Om horizontaal te spiegelen.
• 2 - Om vertikaal te spiegelen
• 3 - Om horizontaal en vertikaal te spiegelen.