Klik op het logo voor hulp op afstand
  
 
 
 
 
 
 
 




Doorsnede opmaak via SLE


 

PAGINA OPMAAK VIA DE SLE
 

Bemating van de snedes tonen / verbergen

U kan zelf bepalen of de bemating al dan niet getoond wordt, en indien ja, welke maten getoond worden.
In Bewerken.Instellingen.Resultaten.Doorsnede parameters zijn hiervoor de volgende instellingen voorzien:

Onder de rubriek ‘Parameters layout editor’ het veld ‘Bemating tonen / niet tonen’ om de maten al dan niet te tonen.
Onder de rubriek ‘Algemene parameters’, Bemating: 

  • Niveaus: om te bepalen welke onderdelen van de snedes moeten bemaat worden, m.a.w. of je maten wil bij de kader, stijlposities, vleugel, post posities, glas en profielafmetingen.
  • Formaat: om het uitzicht, de positie en het lettertype voor de bemating te bepalen.
     

Positionering van het aanzicht en de snedes definiëren / wijzigen

Standaard wordt het aanzicht links bovenaan geplaatst, met rechts van het aanzicht de verticale snedes en onder het aanzicht de horizontale snedes. Dit is de startsituatie, u kan de snedes verplaatsen, u kan snedes tegenover elkaar of tegenover de kantlijnen uitlijnen enz. om te komen tot de door u gewenste layout. Doe als volgt:
  • Om het aanzicht en de snedes samen te verplaatsen met behoud van hun positie tegenover elkaar volstaat het om het aanzicht aan te klikken en te slepen naar de gewenste plaats, de bijhorende snedes volgen automatisch. De snedes behouden hun relatieve positie tov het aanzicht zolang je de snedes zelf niet verplaatst.
  • Om een bepaalde snede te verplaatsen klikt u de snede aan en sleept u ze naar de gewenste plaats, het aanzicht en de andere snedes behouden hun positie, de ‘verbinding’ tussen de verplaatste snede en het aanzicht is verbroken.
  • De verschillende objecten (snedes, aanzicht) kunnen uitgelijnd worden tegenover de kantlijnen of tegenover elkaar via de sneltoetsen ‘De geselecteerde items links uitlijnen’, ‘De geselecteerde items rechts uitlijnen’, ‘De geselecteerde items onderaan uitlijnen’ en ‘De geselecteerde items bovenaan uitlijnen’ die zich bovenaan in de werkbalk bevinden:
    • Als u één object selecteert (door het aan te klikken), dan wordt het object in kwestie uitgelijnd tov de linkse, rechtse, bovenste of onderste kantlijn.
    • Als u meerdere objecten selecteert (via klik en Ctrl+klik) dan worden de geselecteerde objecten uitgelijnd tegenover elkaar, waarbij het eerst geselecteerde object als referentie genomen wordt.


     

Papierformaat en orientatie definiëren / wijzigen

Het standaard papierformaat en de orientatie worden gedefinieerd in Bewerken.Instellingen.Resultaten.Doorsnede parameters, veld ‘Papierformaat’. U kan zowel het standaard papierformaat en de orientatie als de standaard kantlijnen wijzigen als volgt:

  • Klik in het parametrisch gedeelte links de tabkaart ‘A4’ en wijzig:
    • Papierformaat: selecteer het gewenste papierformaat in het overeenkomstige venster 
    • Orientatie: klik ‘Landschap’ of ‘Portret 
    • Kantlijnen: wijzig indien gewenst het aantal mm voor de kantlijnen links, rechts, boven en / of onder. 
  • Klik de knop ‘Toepassen’ om de wijziging(en) uit te voeren. 

 Via de knop ‘Volgens printer’ kan u voor deze SLE sessie de instellingen van de printer gebruiken als default waarden.

 

Gebruik van voorbereide sjabloon (template)

Het aanzicht en de snedes worden standaard op een blanco blad geplaatst. Indien gewenst kan u als basis een voorbereide sjabloon (template) gebruiken. Dit zijn DXF bestanden die of door uw leverancier zijn voorbereid of die u eventueel zelf kan aanmaken met een CAD pakket. Om een voorbereide sjabloon te gebruiken doet u als volgt:

  • Klik in het parametrisch deel de tabkaart ‘Sjabloon’
  • Kies de gewenste basissjabloon, de geselecteerde sjabloon wordt getoond
  • Vink de optie ‘tekst afbeelden’ aan / af om de teksten voorzien in de voorbereide sjabloon te tonen of te verbergen.
    Noteer: de lettergrootte en het lettertype van de teksten in het DXF sjabloon zijn die zoals standaard gedefinieerd in Bewerken / Instellingen / Resultaten / Doorsnede parameters onder de rubriek ‘Parameters layout editor’, velden ‘Lettertype’ en ‘Lettergrootte’. U kan ze daar ook wijzigen indien gewenst.
  • Klik ‘Toepassen’, het aanzicht en de snedes worden in het gekozen basisdocument geplaatst, de tab ‘Sjabloon’ bevat nu de naam van het gekozen basidocument:

 

Snedes aan het blad toevoegen / van het blad verwijderen

Standaard worden in de SLE zowel het aanzicht als de snedes die u heeft geselecteerd via de Editor functie ‘Doorsnede afdrukken’ op het blad papier voorgepositioneerd. U kan echter in de SLE ook zelf bepalen welke snedes u op papier wil plaatsen en welke niet. Doe als volgt:

 

 

  • Klik in het parametrisch deel de tab ‘Doorsnede’. Deze tab bevat een overzicht van de doorsnedes die op het blad kunnen geplaatst worden, het stopbord geeft aan dat de snede / het aanzicht in kwestie zich ook effectief op het blad bevindt.
  • Verwijder één, meerdere of alle snedes van het blad als volgt
    • Om een bepaalde snede van het papier te halen: klik de snede in het overzicht en druk de toets ‘Van papier’ onderaan het overzicht of selecteer de snede op het blad en klik onder Bewerken in het hoofdmenu de optie ‘Verwijderen’.
    • Om te starten met een leeg blad: klik onder ‘Bewerken’ de optie ‘Begin opnieuw’ om het blad in één keer leeg te maken of selecteer alle snedes op het blad via CTR+klik en verwijder ze via Bewerken, optie ‘Verwijderen’.
    •  Voeg een snede toe op het blad als volgt:
      • Manier 1: klik de snede in het doorsnede overzicht en sleep ze naar het blad papier. De snede wordt zo groot mogelijk op het blad geplaatst, daar waar u ze loslaat
      • Manier 2: selecteer de snede in het doorsnede overzicht en druk de knop ‘op papier’ onderaan het overzicht. De snede wordt zo groot mogelijk in het midden van de blad papier geplaatst.
        Noteer: in beide gevallen kan u de snede ‘verslepen’ naar een andere positie of kan u de schaal aanpassen.

 

Extra tekst toevoegen

Indien gewenst kan u extra tekst toevoegen op het blad via klik op de tab ‘Tekst’ in het parametrisch deel links

  • Om vrije tekst toe te voegen doet u als volgt:  

  • Tik in het voorziene ingavevenster de gewenste tekst
  • Controleer / wijzig het lettertype en de tekstgrootte in mm.
  • Klik de knop ‘Tekst toevoegen’, de ingegeven tekst wordt in het midden van het blad geplaatst. Sleep de tekst naar een andere plaats indien gewenst.
  • Om informatie gegenereerd door JoPPS als tekst toe te voegen doet u als volgt: 

  • Open het venster ‘Selectie JoPPS parameter’ en selecteer er de gewenste parameter. Voor welke informatie elke parameter staat is vermeld in italic.
  • Klik de knop ‘Parameter invoegen in tekst’ (= de knop met het pijltje naast de selectiebox), de overeenkomstige informatie verschijnt in het tekstvenster.
  • Klik de knop ‘Tekst toevoegen’, de gegenereerde tekst wordt in het midden van het blad geplaatst. Sleep de tekst naar een andere plaats indien gewenst.

 U kan de tekst zelf en de tekstweergave (lettertype, lettergrootte, vet, schuin, onderlijnd,...) op het blad zelf nog wijzigen via de tab ‘Selectie’, rubriek ‘Weergave’:

 

Let op: deze rubriek is enkel zichtbaar als de tekst geselecteerd is en niet als de snedes of het aanzicht geselecteerd zijn! 

Extra DXF bestanden toevoegen

 

Indien gewenst, kan u bijkomende DXF bestanden toevoegen (bv. muuransluiting).

  • Klik in het parametrisch deel links de tab ‘DXF’: 

 

  • Klik de knop ‘Selecteren’ om het gewenste DXF bestand op te laden (bv. muuraansluiting), de DXF in kwestie verschijnt in het venster links.
  • Klik de knop ‘DXF toevoegen’, de DXF in kwestie wordt in het midden van het blad geplaatst. U kan dit ‘object’ verplaatsen of de schaal wijzigen net zoals u dat doet voor de andere snedes.

 

Snedes afdrukken of exporteren naar een DXF bestand

Het uiteindelijke resultaat kan u ofwel afdrukken ofwel als 1 DXF exporteren naar een DXF bestand voor bijvoorbeeld naverwerking in een CAD systeem

Om het resultaat af te drukken, klikt u het print icoontje in de werkbalk bovenaan of selecteert u in het hoofmenu Pagina de optie ‘Afdrukken’.

Om het resultaat te exporteren naar DXF bestand, klikt u het overeenkomstige icoontje ‘Huidige pagina exporteren naar DXF bestand’ in de werkbalk bovenaan of selecteert u in het hoofdmenu Pagina, optie ‘Exporteren naar DXF bestand’.

Indien bij het exporteren een DXF bestand met dezelfde naam reeds bestaat , dan verschijnt de volgende waarschuwing:

 

Klik JA indien u het reeds bestaande DXF bestand inderdaad wenst te overschrijven. NEEN geeft u de mogelijkheid het DXF bestand in kwestie te exporteren onder een andere naam.

SLE afsluiten

Om de SLE af te sluiten en terug te keren naar JoPPS, klikt u op het kruisje rechts bovenaan of klikt u de optie ‘Terug’ in het hoofdmenu. Indien u de layout heeft gewijzigd en u heeft de pagina niet afgedrukt of niet opgeslagen als DXF, dan verschijnt het volgende scherm:

Klik JA indien u wenst dat de gewijzige layout bewaard blijft en beschikbaar is voor de volgende SLE sessie.

 




 |  History  |
 
 

 
 
 
TECHWIN SOFTWARE
De Regenboog 11
B-2800 Mechelen
T +32(0)15 44 64 64
T +31(0)30 899 32 15 Nederland